De Bargersluis was [is] een kunstwerk in het Oranjekanaal dat gebouwd
werd vanwege het ontvenen van het grote Boertanger Moeras.
Als eerste aanzet hiertoe werd in 1853 begonnen met het graven van het Oranjekanaal vanuit de Drentsche Hoofdvaart, dwars door Drenthe,
richting Zuidbarge. In 1858 kwam het Oranjekanaal gereed.
Om de venen goed te kunnen ontsluiten moest er nog een waterweg worden aangelegd richting Klazienaveen.
In 1880 werd bij Koninklijk Besluit concessie verleend de Hoogeveense Vaart door te trekken tot de landsgrens. Dit werd de Verlengde Hoogeveense Vaart.
Om het Oranjekanaal hierop aan te sluiten werd het Oranjekanaal eerst nog met ongeveer 200 meter verlengd. Het resterende tracé werd aangelegd onder
supervisie van Frederik Bladder en werd de naar hem genoemde
Bladderswijk. Omstreeks 1862 werd parallel aan de Bladderswijk nog een hoofdwijk gegraven met de naam Oosterwijk gegraven.
Tussen de Bladderswijk - Oranjekanaal en Oosterwijk werd een verbindingswijk aangelegd. In deze verbindingswijk werd in 1885
een wijksluis gebouwd. Deze sluis was nodig vanwege de lage waterstand in dit deel van het Oranjekanaal. Mede door deze
lage waterstand zijn het Oranjekanaal en de Bladderswijk nooit een groot succes geworden voor de verveners en de turfschippers. Er was geen
scheepvaart van enige omvang mogelijk.
Deze wijksluis, die ongeveer 200 meter oostwaarts van de huidige Bargersluis lag, werd afgebroken en omstreeks 1953 vervangen
door de Bargersluis in het Oranjekanaal. Dit kanaal was inmiddels eigendom van de Staat der Nederlanden die het had overgenomen van de de
DVMKM [Drentse Veen en Midden Kanaal Maatschappij]. Deze overname was mogelijk
geworden door de Marshallhulp. De hulp bestond uit gelden die beschikbaar kwamen vanuit een financieel programma van de Verenigde Staten om daarmee
het arme Europa na de Tweede Wereldoorlog er weer bovenop te helpen.
Noot: Eén van die mensen die in 1953 aan de Bargersluis werkte was de heer Appeldorn uit Musselkanaal.
Speciaal voor dit werk kwam hij naar Oranjedorp. Zie foto's links.
Het Rijk droeg in 1966 het Oranjekanaal en de Bargersluis over aan de provincie Drenthe.
In 1976 werd het Oranjekanaal gesloten voor alle scheepvaart en werden enkele wijken gedempt waardoor de Bargersluis in onbruik raakte.
Het zou niet het einde van de sluis betekenen. Op 25 mei 2012 opende wethouder Bouke Arends een geheel hernieuwde sluis. Een mogelijkheid
om met een boot vlakbij het centrum van Emmen aan te leggen om bijvoorbeeld het Dierenpark Emmen te bezoeken was er nog niet. Daarom werd voor
recreatievaart bij de Bargersluis een recreatief knooppunt gerealiseerd bestaande uit een aantal aanlegplaatsen. Het herstel was één van de onderdelen
uit het zogeheten Bahco [Bargermeer Herstructurering Collectief Ondernemen]
programma in samenhang met het herstel van de recreatieve vaarverbinding tussen Erica en Ter Apel.
Met het herstel van de Bargersluis en de realisatie van het knooppunt is er sprake van dubbel gebruik. Enerzijds is het knooppunt een plek
voor waterrecreanten, anderzijds is het een ontspanningsplek voor werknemers van de nabij gelegen industrieterreinen om bij mooi weer hun lunch
te gaan gebruiken. Het zou de leefbaarheid/kwaliteit van het bedrijventerrein vergroten en zou een verbreding van het werklandschap betekenen.
Het project werd medegefinancierd door het Europees fonds voor regionale ontwikkeling.
Bronnen:
Oranjedorp 1858-1983 door Jannes Wolthuis in opdracht van Plaatselijk Belang Oranjedorp.
A. Arends.
|