Hottingerkaart anno 1792
kaart anno 1902
Foto: R.Eding.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: E.Hof.
Foto: R.Boelens.
Foto: R.Boelens.
Foto: R.Boelens.
Foto: R.Boelens.
Foto: R.Boelens.
Foto: R.Boelens.
Foto: R.Boelens.
Foto: R.Boelens.
Foto: R.Boelens.
Foto: R.Boelens.
|
Officieel nummer: |
Hunebed D45 |
Vermeld op Hottinger kaarten: |
1788-1792 |
Ontdekt in: |
onbekend |
Rijkseigendom sinds: |
onbekend |
Rijksmonumentnummer: |
45374, sinds 29-11-1983 |
Ligging: |
Emmerdennen |
Bezoek W.C.Lukis, H.E.L.Dryden: |
1878, publicatie door W.van der Sanden in 2015 |
Bezoek A.E. van Giffen: |
1925 |
Wetenschappelijk onderzocht: |
- |
Gerestaureerd in: |
1870 (ondeskundig), 1957 (?) door A.E. van Giffen |
Zwaar beschadigd in: |
1885 (door sloopwerkzaamheden) |
Boorgaten: |
in één der dekstenen |
Bron: |
Wikipedia |
De oudst bekende foto van dit hunebed is gemaakt in 1872. De krant van 19 maart 1890:
"Fraai is het hunebed D45 gelegen voorin het dennenbosch ten oosten van ons dorp; het is eigendom
der provincie.
Dat Fr.J. van Kolkow van Groningen in 1872 eene photographie vervaardigde van dit hunebed, met als doel,
om haar naar eene tentoonstelling te Weenen te zenden, is voorzeker een sprekend bewijs voor de schoonheid
van deze groep van reusachtige grafzerken uit de grijze oudheid.
Craandijk vertelt in zijne "Wandelingen door Nederland", dat Koning Lodewijk
Napoleon eens te paard op den grootsten deksteen is gesprongen. Elk Emmer ingezetene weet
te vertellen, dat een tiental deuken in eene der steenen die indrukken van vingers en duimen van
eenen reus zijn.
Weldra zal dit alleszins merkwaardige hunebed eene verandering in zijn nadeel
ondergaan, want één der dikste stenen is gebarsten, tengevolge van een vuurtje, 't welk er -
zeker door onbezonnen knapen - onder is gebrand. Wellicht is het een vuur geweest; anders toch
was een dergelijke verwoesting niet gevolgd. Eenige brokken zijn reeds van het geheel
afgevallen, en door de werking van het weder zal, helaas, de gansche granietklomp ongetwijfeld
weldra in tweeën vallen."
Noot: Jacobus Craandijk (1834-1914) was een doopsgezind predikant die graag door Nederland wandelde. Van die
wandelingen deed hij verslag in een reeks boeken, die als titel hadden: "Wandelingen door Nederland".
Het vijfde deel daarvan verscheen in 1879, waarin Craandijk o.a. verhaalde over zijn wandelingen door Groningen
en Drenthe. Over de hunebedden in Emmen schreef hij: "de gemeente Emmen heeft er negen, benevens de twee,
nog niet lang geleden ontdekte, grafkelders. De meesten dezer hunebedden zijn niet bijzonder groot en verre van
ongeschonden, ook liggen zij tamelijk ver uiteen verspreid. Maar drie der Emmensche hunebedden, op tien minuten
ten N. van het dorp, zijn opmerkelijk, omdat zij - voor zoover door struikgewas en zand te zien is - als één geheel
vormen, van vijftig el lengte, allen oorspronkelijk, naar het schijnt, van één' en denzelfden steenkring omringd.
Een ander, een der grootsten van Drenthe, met voorportaal en steenkring, ten deele in een' heuvel verborgen, ligt
een kwartier Oostwaarts van Emmen. Hieraan is een herinnering aan koning Lodewijk verbonden. Toen hij op zijn
rondreis door Drenthe dit gevaarte ontwaarde, rende hij zijn gevolg vooruit en - stout ruiter, al was hij slecht
ter been - hij dwong zijn paard tot den gewaagden sprong op den grootsten deksteen. Daar wachtte hij, als een
ruiterstandbeeld op een voetstuk van graniet, zijn verbaasde geleiders af."
Foto: S.Hoek-Beugeling.
|